18-06-2016

Hoexter-Detmold, za. 18-06-2016 We ontbijten in de Biergarten en fietsen even later onze straat uit waar de Radweg verder gaat. Het is bewolkt en de eerste buien zijn al gevallen. Na een klimmetje zijn we de stad uit en volgen de Grube, een klaterend bijriviertje van de Weser. Het is een heldere beek die haar spoor trekt door een smal dal met beboste hellingen. Heerlijk fietsen door de bossen, vooral als de zon even doorbreekt. Na Voerden waaiert het dal uit door de verschillende beken die er doorheen lopen. We fietsen door de eindeloze akkers en graslanden, vaak met rollen gras en af en toe een kudde koeien Het landschap is open en we houden de wisselende luchten in de gaten. Boven ons is het helder met een dun zonnetje. Verderop is de lucht loodgrijs en zijn de bossen wazig van de regen. In een beekdalletje begint het zachtjes te regenen, dus jack aan. In de motregen die overgaat in regen fietsen we naar Vinsebeck, een klein dorp met een groot kasteel. Geen kroeg te bekennen. Een vriendelijke dame draait haar autoraam open en vraagt of ze kan helpen. Ja, ze weet een gasthof, Teutonen hof, en wijst de weg. In het Teutonenhof is een besloten feest aan de gang, maar we zijn welkom. De waardin bakt tosti's en zet koffie. Wij trekken droge, warme kleren aan en wachten tot de regen afneemt. Terug op weg hebben we nog wat motregen en schuilen we even onder een carport en dan breekt de zon weer door en is het prachtig fietsen door een bos dat glimt en nadruppelt, met geluiden van murmelend water, fluitende vogels en ruisende bomen. Zo komen we bij de Externsteine, een groep loodrechte rotsen, ongeveer 40 meter hoogmidden in het bos. Helaas heeft het toerisme toegeslagen. Op een paar rotsen zijn ijzeren trappen aan gebracht zodat men tot de top kan klimmen. Jammer, het doet afbreuk aan de bijzondere natuurgril maar brengt geld in het laatje. We fietsen verder op en neer door drie dorpen die zowat bij elkaar aansluiten. Door een laatste stukje bos komen we bij een oude watermolen, nu een zonnig uitspanning en fietsen via een prachtige allee met platanen de binnenstad van Detmold binnen. We zijn benieuwd want Detmold is voor ons slechts een naam. Detmold is alweer een stad van een krappe 800 jaar oud. Nu is het een streekcentrum, uitgestrekt in het dal en op de beboste hellingen. Het stadscentrum wordt gevormd door een paar brede autovrije straten rond het raadhuis en de Marktkerk. Het is gezellig druk en de terrassen zijn goed bezet. We schuiven aan voor een prosecco met citroenijs. In ons gidsje vinden we een bed en bike hotel bij het station. De oude baas ontvangt ons vriendelijk en tipt een restaurantje waar het goed eten is. We wandelen de stad in die ruim oogt. De straten zijn breed met vaak grote huizen uit begin vorige eeuw. In het centrum ligt een park rondom slot Detmold en een paar statige gebouwen als het theater en het Lippisches Landesmuseum. In de straten gaan vakwerkhuizen samen met nieuwbouw. We eten in Theotmali, een knusse kroeg die we zonder aanbeveling nooit hadden aangedaan. De plaatselijke kost smaakt overheerlijk en voldaan kuieren we naar onze kamer. Een goede fietsdag, 66 km. gereden met wisselvallig weer, schitterende natuur,  558 meter geklommen en 524 meter gedaald, meestal over asfalt.